De gemeente Best heeft de mogelijkheden van de Crisis- en herstelwet (Chw) aangegrepen om een bestemmingsplan met verbrede reikwijdte te maken voor 3 bestaande woonwijken. Zo'n plan loopt vooruit op het omgevingsplan uit de Omgevingswet.
Achtergrond
Aan de zuidoostzijde van de kern Best liggen 3 woonwijken: Hoge Akker, Speelheide en De Leeuwerik. Het bestaande bestemmingsplan voor die wijken was verouderd.
Bestemmingsplan met verbrede reikwijdte
Met het experiment van een bestemmingsplan met verbrede reikwijdte, wil de gemeente Best het volgende bereiken:
- Ervaring opdoen met het interne werkproces binnen de gemeente bij het opstellen van zo'n bestemmingsplan.
- Ervaring opdoen met participatie.
- Een bestemmingsplan nieuwe stijl opstellen dat beter toegankelijk is voor burgers.
De gemeente wil ervaring opdoen met nieuwe onderwerpen. Zoals duurzaamheid, gezondheid en minder regels. Of welstandsvrij en globaler of flexibeler vastleggen hoe niet-woonfuncties en openbaar gebied gebruikt mogen worden.
Volgende stappen
In het bestemmingsplan voor bestaande woonwijken wordt gewerkt met een flexibeler plan. Daardoor is het minder vaak nodig een vergunning aan te vragen.
Waarom de Crisis- en herstelwet?
- De gemeente Best werkt met een innovatieve manier van vergunnen. Door breder en globaal te bestemmen biedt het plan meer mogelijkheden en flexibiliteit. Dit is stimulerend voor initiatieven die eerder niet van de grond zouden komen.
- De gemeente kan sneller een nieuwe invulling geven aan de bedrijfsruimtes van een gestopt bedrijf. Dit gaat leegstand tegen en stimuleert duurzaam gebruik van de ruimte.
- Het gedetailleerde onderzoek hoeft pas bij de vergunningsaanvraag.
Ervaringen en resultaten
- De gemeente heeft een participatiewerkgroep ingesteld met vertegenwoordigers van de bestaande bewonersoverleggen uit de 3 wijken. Iedere stap van het participatietraject is met de werkgroep besproken.
- Voor een eerste plenaire bijeenkomst zijn alle 2.100 adressen in de 3 wijken aangeschreven. Het gaat dan om bewoners, maatschappelijke organisaties, de woningcorporatie en ondernemers. Daarbij heeft de gemeente gevraagd foto's aan te leveren van goede of foute locaties in de wijk. Dat leverde nauwelijks foto's op. De eerste bijeenkomst was met 150 mensen wel goed bezocht.
- De bewoners gaven de voorkeur verder aan de slag te gaan in werkgroepen per wijk, niet per thema. Voor elk van de 3 wijken is een aparte werkgroep gevormd, met ieder ongeveer 10 leden.
- De rol van de gemeente verandert: de inzet op participatie vraagt een meer naar buiten gerichte opstelling. Ook vraagt het van ambtenaren een verandering in houding en gedrag. Ze moesten bijvoorbeeld leren om burgers actief aan te spreken op bijeenkomsten, jargon te vermijden, uitleg te geven en vaak te herhalen. Ze moesten zich ook aanleren een meer ondersteunende rol te vervullen. Ook vraagt de nieuwe werkwijze om over de vakgebieden heen te kijken en samen te werken.